Wetboek van Strafvordering
Artikel 195f
1
De rechter-commissaris kan bevelen dat een DNA-onderzoek plaatsvindt dat gericht is op het vaststellen van uiterlijk waarneembare persoonskenmerken van de onbekende verdachte.
2
Het DNA-onderzoek kan slechts gericht zijn op het vaststellen van het geslacht, het ras of andere bij algemene maatregel van bestuur aangewezen uiterlijk waarneembare persoonskenmerken.
3
De voordracht voor een krachtens het tweede lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
4
Het DNA-onderzoek kan slechts worden bevolen in geval van een misdrijf als omschreven in artikel 67, eerste lid.
5
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over de wijze van uitvoering van het DNA-onderzoek.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
-
LJN BE8672, Eerste aanleg - meervoudig, 16/711745-07
Rechtsoort
Straf
Datum uitspraak
16-07-2008
Status
gepubliceerd
Soort procedure
Eerste aanleg - meervoudig
Instantie
gepubliceerd
Rechtsoort
Rechtbank UtrechtVerdachte heeft een huis tot ontploffing gebracht. Verdachte is aangehouden inzake de helingszaak en vervolgens heeft een onderzoek terzake brandwonden plaatsgevonden. De rechtbank wijst het beroep van de raadsman op de niet-ontvankelijkheid van de officier af.